Vaak wordt een briljant idee met enthousiasme onthaald, maar het ontstaan van De Land­genoten toont aan dat je er met enthousiasme alleen niet komt. Geert Iserbyt van Landwijzer neemt ons mee terug naar de oprichting van het ‘biogrondfonds’ en meer bepaald naar een bijzondere avond in 2009 in Antwerpen.

De eerste lokale initiatieven

In 1997 startte Geert Iserbyt vanuit de pas opgerichte vzw Landwijzer de eerste Vlaamse pro­fessionele opleiding op voor de biologische en biodynamische landbouw. ‘De aandacht van Landwijzer ging de eerste jaren vooral naar het ontwikkelen van een degelijke opleiding voor starters in de biolandbouw. Toch was de grondproblematiek voor nieuwe starters toen ook al bekend’, vertelt hij. 

Er waren in die periode wel al een paar biobedrijven in Vlaanderen die toen ze de kans kregen om grond aan te kopen, die grond onderbrachten in een aparte vzw om het gebruik ervan voor biolandbouw in de verdere toekomst te verzekeren. Dat gebeurde onder meer bij Den Hoge Akker in de regio Brugge en De Wassende Maan bij Deinze. Toen later De Zonnekouter in Zulte werd opgestart, kozen de oprichters ervoor om meteen de bijbehorende landbouwgrond in een grondfonds onder te brengen. Dat fonds kreeg de naam Land-in-Zicht. Wanneer daarna ook De Kollebloem nieuwe grond wilde aankopen besloten ze om die in hetzelfde fonds onder te brengen en zo met één grondfonds beide bedrijven te ondersteunen. Rond die tijd ontstond ook het initiatief voor een Waals grondfonds, dat de naam van dit bestaande fonds overnam en vertaalde naar Terre en Vue.

De geboorte van De Landgenoten

‘In 2009 kreeg Landwijzer de kans om Sjoerd Wartena, de voortrekker van het Franse biogrond­fonds Terre de Liens uit te nodigen voor een infoavond in Antwerpen over de werking van een biogrondfonds’, herinnert Geert zich. Aan die avond namen diverse Vlaamse organisaties deel die zich bezighielden met biolandbouw en natuurbescherming. ‘Het enthousiasme van de spreker sloeg over op de aanwezigen en creëerde een momentum om met de informatie en ervaringen vanuit Frankrijk zelf aan de slag te gaan in Vlaanderen. Daar werd het idee voor De Landgenoten geboren.’

Geert Iserbyt.
Geert Iserbyt was erbij in 2009, toen Sjoerd Wartena, de voortrekker van het Franse biogrond­fonds Terre de Liens, een lezing gaf in Antwerpen. 'Het enthousiasme van de spreker sloeg over op de zaal en creëerde een momentum.'​​​​​

Via een opstartsubsidie werd de oprichting van een coöperatie voorbereid. ‘De eerste taak was een blauwdruk op te maken om na te gaan wat de mogelijkheden en de vereisten waren om een Vlaams biogrondfonds op te starten. Wat zei de regelgeving hierover? In welke vorm zou zo’n grondfonds best gegoten worden? Hoe konden ze hier mensen bij betrekken?’ Dat gebeurde tussen 2011 en 2014. Kaat Segers, die intussen bij bioboerderij Loof en Bezen werkt, werd aangetrokken als projectmedewerker en samen met Geert Iserbyt ontwikkel­den zij binnen Landwijzer het concept voor het nieuwe grondfonds. 

Uit de blauwdruk bleek dat drie rechtsvormen samen in aanmerking kwamen om het geheel goed te laten functioneren: een stichting om de missie te bewaken en schenkingen te kunnen aantrekken, een vzw om de maatschappelijke werking te verzorgen en een coöperatie om via aandelen geld in te zamelen. Maar drie structuren tegelijk oprichten was wat hoog gegrepen. ‘In 2014 richtten we daarom een coöperatie op. De Landgenoten was een realiteit! Zeventien organisaties engageerden zich om samen de coöperatie officieel op te richten bij notariële akte.’

‘Weldra bleek dat er ook belangstellenden waren die los van het al dan niet verwerven van een aandeel in de coöperatie bereid waren om geld te schenken, bij voorkeur met een fiscaal aftrekbare gift. Omdat dat niet binnen de juridische mogelijkheden van een coöperatie past, drong de oprichting van een stichting zich op, wat dan ook gebeurde. Gaandeweg werd dankzij een samenwerking met de Koning Boudewijn Stichting de uitreiking van fiscale attesten mogelijk.’ En zo is De Landgenoten tien jaar later dus coöperatie en stichting, met dank aan de blauwdruk van Geert en Kaat. 

Als er al iets mag blijken uit deze reeks artikelen over de opstart van De Landgenoten, dan is het wel dat heel veel mensen betrokken waren. Dit is geen initiatief van een enkeling. Geert Iserbyt, Kaat Segers, Tom Troonbeeckx, Wim Slabbaert, An Jamart, Lieve Vercauteren… bij elk nieuw interview duiken er namen op van mensen die we nog niet of onvoldoende belicht hebben. Bovendien konden deze mensen leunen op de voorbeelden van mensen als Rolle De Bruyne en Denise Hudders, Antoine De Paepe en Leen Verwimp, Walter Coens en An Verboven en niet in het minst van Sjoerd Wartena. We zijn trots dat we het werk van deze mensen verder mogen uitdragen. Want we zijn nog niet klaar. Vlaanderen kan nog wat meer Landgenoten verdragen.

Met dank aan vrijwilliger Guido Van Damme voor het interview.