Vrijwilligerswerk via De Landgenoten kan vele vormen aannemen. Dat bewijst Ann Vanallemeersch, die wekelijks met het marktoverschot van bioboer Jarno Claeys kookt voor heel diens gezin. ‘Als vrijwilliger geef ik warmte in de vorm van warm eten.’
Het begon allemaal in 2021 aan een verkeerslicht. Daar raakte Ann Vanallemeersch aan de praat met iemand die werkte bij Jarno Claeys, de bioboer die in Pittem boert op grond van De Landgenoten. ‘Ik wist niet dat er een bioboerderij zo dicht bij mij was,’ vertelt Ann. Omdat de lerares toen net had beslist om na 30 jaar lesgeven een sabbatjaar in te lassen, was ze extra geïnteresseerd in wat die werknemer te vertellen had. ‘Tijdens mijn sabbatjaar wilde ik mijn tijd immers zinvol invullen met vrijwillige activiteiten. En omdat het niet mijn bedoeling was om snel naar het onderwijs terug te keren, was het meteen ook de ideale gelegenheid om andere werkvelden te verkennen.’
De interesse voor bio was er al lang. ‘Dat komt deels door mijn vader die altijd zelf zijn groenten kweekte,’ zegt Ann. ‘Zelfs nu hij eind de 80 is, doet hij dat nog in beperkte mate. Daarnaast hou ik ook van buiten zijn en puur voedsel. Daarom hadden mijn man, waarmee ik niet meer samen ben, en ik een moestuin. Hij baatte ook een biowinkel uit. Ik ben ook al heel lang vegetariër, iets waarover ik het met mijn leerlingen regelmatig had. Dat ligt dus allemaal wel wat in dezelfde lijn.’
Op een opendeurdag bij Jarno’s bedrijf leerde Ann het Pittemse bedrijf en De Landgenoten beter kennen. ‘Eigenlijk wilde ik als vrijwilliger meegaan naar de markt om Jarno daar te helpen, maar dat was blijkbaar niet zo gemakkelijk. Omdat geen enkele controleur zou geloven dat ik vrijwillig zou werken op de markt. Daarom heb ik eerst enkele keren op zijn bedrijf geholpen.’
Het bleek een aanloop naar wat Ann nu doet: koken voor Jarno en zijn twee jonge kinderen. ‘Op een dag kwam ik Jarno’s zoontje van toen 2,5 jaar op het erf tegen. Omdat het klikte tussen ons vroeg Jarno of ik eens op zijn kinderen kon passen. Hij had veel werk op zijn bedrijf en omdat hij vaak alleen voor zijn kinderen moest zorgen, kon hij de extra hulp goed gebruiken. Sindsdien ga ik elke maandagnamiddag naartoe wanneer Jarno thuiskomt van de markt in Maldegem. Dan kook ik met de marktresten en maak ik met alles wat niet verkocht is een menu op. Dan kook ik voor enkele dagen, zorg ik voor de kinderen en ‘s avonds eten we ‘s dan gezellig samen. Als vrijwilliger geef ik dus warmte in de vorm van warm eten.’
‘Ik wil er gewoon zijn voor anderen,’ verklaart Ann waarom ze graag vrijwilligerswerk doet. ‘Zo simpel is het. Liefde in de meest brede zin van het woord vind ik een goede drijfveer. Dat kan gaan van mensen helpen tot babbelen met een onbekende.’ Om maar te zeggen: praat eens met iemand aan een stoplicht.
Wil je zelf ook vrijwilliger worden bij De Landgenoten? Kijk hier om te ontdekken hoe dat kan.