Hoe kunnen we ons voeden op een manier die eerlijk is ten aanzien van de boeren die dat voedsel produceren, en zonder afbreuk te doen aan de integriteit van de sociale en ecologische systemen waarvan ons bestaan afhangt, zowel hier als elders? Dat is de zoektocht waar agro-ecologie voor staat, stelt professor Marjolein Visser.

Schrijf je hier in voor deze boerderijlezing op zaterdag 21 oktober. 

Mensen die weinig vertrouwd zijn met agro-ecologie en zich laten overdonderen door boodschappen van het agro-voedingssysteem dat nu de plak zwaait, zullen geneigd zijn te geloven dat we nood hebben aan een intensieve landbouwproductie met grote landbouwbedrijven, aan grote supermarktketens, aan invoer van grondstoffen als soja uit het buitenland en een flinke dosis kunstmest en pesticiden.

Jef Geldof

 
Maar als we je nu vertellen dat wereldwijd kleinschalige boeren erin slagen om 60 à 70 procent van het wereldwijd geconsumeerde voedsel te produceren op slechts 25 procent van het beschikbare landbouwareaal? Dat dit wereldwijde netwerk van kleine producenten en vissers – het peasant food web – dus veel meer mensen voorziet van gevarieerd en lokaal geproduceerd voedsel dan het industriële landbouw-voedingssysteem? En als we je verduidelijken dat het industriële model wereldwijd vooral veevoer en biobrandstoffen produceert naast mais, rijst, tarwe en soja, en tegelijkertijd bodems verarmt en waterlopen vervuilt en mensen van hun gronden verdrijft? Dan begint het je misschien te dagen dat de hoe-vraag waarmee dit stuk begon erg relevant is.

Landbouw van de toekomst

De discussie over hoe we de wereld voeden wordt hier in Vlaanderen zeer snel gekaapt door een economische bril: “ja, maar de landbouw is een volwaardige economische sector en is positief voor onze balans”, of een efficiëntie-bril: “wij kunnen het efficiëntst dieren kweken” of nog, een weldoenersbril: “we hebben de plicht om de wereld te voeden want onze gronden behoren tot de meest vruchtbare ter wereld”. Maar geen van deze brillen nemen de wereldwijde ecologische en sociale impact van onze voedselproductie in ogenschouw: de Vlaamse natuur die kreunt onder de stikstof, het grondwater dat handen vol geld kost om tot drinkwater te worden gezuiverd, het verlies aan insecten en vogels, het regenwoud dat gekapt wordt, de vluchtelingen die – ook in Europa – voor een hongerloon onze tomaten plukken.
 
Met De Landgenoten willen we letterlijk ruimte creëren voor een landbouw die voedzaam en lokaal voedsel produceert, die de producent voorziet van een correct inkomen en van de noodzakelijke zekerheid over zijn bedrijfsgronden, die het sociale weefsel rondom de boerderij herstelt en aanhaalt. En dat is niet naïef. Meer nog: dat is de landbouw van de toekomst.
 
Als de hele wereld zou omschakelen naar regionaal georganiseerde, agro-ecologische voedselproductie, dan zou in het zuiden (waar de honger en de nood het hoogst is) de voedselproductie naar schatting met 80% omhoog gaan. Ja, je leest het goed. De eigen voedselproductie in die zuiderse landen waar dagelijks voedsel een strijd is, zou enorm stijgen. Voor onze contreien zou een dergelijke transitie vooral betekenen dat we onze veehouderij omturnen tot een grondgebonden systeem, met een hoeveelheid dieren die in verhouding staat tot de hoeveelheid lokaal beschikbaar veevoer, met gras op kop. Nee, wij gaan geen honger lijden als we onze landbouwgronden (meer) inzetten voor onze eigen voedselproductie, al zal ons dieet er waarschijnlijk wel wat anders uitzien.

Wegbereiders

Er duiken nu ongetwijfeld heel veel vragen en bedenkingen op in jouw hoofd na deze veel te korte inleiding op agro-ecologie. Dat biologisch eten duurder is en niet voor iedereen weggelegd. Dat vele boeren vastzitten in een schuldenspiraal en hun bedrijf niet zomaar kunnen omschakelen naar een agro-ecologisch model. Dat technologie (drones, precisielandbouw, emissievrije stallen) toch veel kan oplossen. Dat niemand nog in de landbouw wil werken. Precies. En daarom is een agro-ecologische transitie nodig. Want niets van dit alles is een wetmatigheid waar we niet aan kunnen ontsnappen, maar gevolg van keuzes en beslissingen. Daarvoor hebben we overheidsbeleid en burgers nodig. Om onze landbouw terug op een veerkrachtig spoor te zetten.
 
Over dat veerkrachtige spoor willen we professor Marjolein Visser, van de leerstoel agro-ecologie aan de ULB school of Bioengineering, graag horen. Op zaterdag 21 oktober vertelt ze ons op bioboerderij De Kleinaart wat agro-ecologie is, waarom we die agro-ecologische transitie nodig hebben en waarom we als Landgenoten samen wegbereiders zijn van een verhaal dat wereldwijd ontkiemt en het waard is om te koesteren en te doen groeien.
 
Met de boerderijlezing op De Kleinaart willen we de aandeelhouders, schenkers en vrijwilligers danken die mee de aankoop van deze gronden hebben mogelijk gemaakt. Er zijn 70 plaatsen voorhanden. Vanaf 29 september zetten we de overgebleven plaatsen open voor al onze aandeelhouders, schenkers, vrijwilligers en sympathisanten. Je kan je hier inschrijven.

Deze boerderijlezing is de eerste in haar soort. We willen graag met de tijd op elke boerderij een lezing van een expert organiseren en zo jullie Landgenoten danken voor jullie inzet en steun.

Fotocredit Marjolein Visser: ©Mieke Jacobs.