Het wordt tijd dat we landbouwgrond echt beschermenen bestemmen voor duurzame voedselproductie voor de lokale markt, dat schreef Petra Tas in een opiniestuk dat op maandag 19 september in De Standaard verscheen. 


Niemand zal betwisten dat Fernand Huts financieel een ‘goede zaak’ heeft gedaan met de aankoop van de Gentse OCMW-gronden (Koppel bioboeren weigert strijd voor stukje grond op te geven - DS 14 september). Maar wordt het niet tijd dat we stilstaan bij wat een maatschappij nodig heeft om gezond te blijven? We hebben het in dat opzicht vaak over natuur, bossen, biodiversiteit, maar zelden overlandbouwgrond. Nochtans hebben we landbouwgrond nodig om lokaal voedsel te produceren, en levert goed beheerde landbouwgrond met een hoog humusgehalte een bijdrage aan het afremmen van de klimaatopwarming, aan een gezonde waterhuishouding, aan een aangenaam landschap, ...

Toch wordt landbouwgrond steeds schaarser. Op meer dan eenkwart van de Vlaamse landbouwgrond lopen paarden rond, of schapen, of spelende kinderen. Verpaarding neemt bijna 20 procent van de landbouwgrond in, vertuining 8 procent. Ook bedrijven uit diverse sectoren kopen landbouwgrond aan als investering of toekomstige uitbreidingszone. De verkoop van landbouwgrond wordt niet gemonitord, laat staan gereguleerd. Anders dan in Frankrijk wordt geen beleid gevoerd om landbouwgrond in te zetten voor lokale voedselproductie en lokale economie.

Landbouwgrond in Vlaanderen is zo duur geworden dat nieuwkomers in de boerenstiel er amper toegang toe kunnen krijgen. Gemiddeld kost een hectare landbouwgrond 63.000 euro. Vraagprijzen van 100.000 euro en meer zijn al lang geen uitzondering meer, zeker niet in de provincies West-Vlaanderen en Antwerpen, en in de buurt van grotere steden. 

Zelfs met een bedrijfsplan voor een bescheiden diverse groenteteelt op 2 hectare – een typisch startplan voor een bedrijf dat mikt op de korte keten – kijkt een nieuwkomer in veel regio’s aan tegen startkosten van 200.000 euro, voor grond alleen. Geen enkele bank leent daarvoor geld. Die som kan nooit via de groenteteelt terugverdiend worden in de tijdspanne van een loopbaan.

Pachten dan maar? Helaas, pacht heeft een slechte naam bijgrondbezitters. Vraag als grondeigenaar advies aan een notaris en je krijgt te horen dat je zeker geen pachtcontract mag tekenen. De pachtwet geeft eigenaren het gevoel dat ze hun grond ‘kwijt’ zijn. Voor lange tijd, soms generaties lang, kan het gebruik van de grond doorgegeven worden van ouder op kind. De pachtinkomsten zijn bovendien bij wet geplafonneerd en veeleer laag. Tot slot kun je als eigenaar niet eisen dat een boer bepaalde praktijken toepast of juist achterwege laat. Ben je als eigenaar milieubewust en zou je willen dat de pachtende boer investeert in natuurlijke bodemvruchtbaarheid en geen pesticiden gebruikt, dan kun je wel in gesprek gaan, maar afdwingen kun je niets.

Dat brengt nieuwkomers in de landbouw, maar ook gevestigde boeren, in een lastig parket. Het meest essentiële kapitaal van hun bedrijf, landbouwgrond, wordt steeds ontoegankelijker. Dat is voor onze landbouwsector geen goede zaak. Landbouwers zijn gemiddeld 54 jaar oud. 87 procent van de bedrijfsleiders ouder dan 50 jaar heeft geen opvolger. Het sociaal kapitaal in de landbouwsector verdwijnt zienderogen, terwijl de broodnodige instromers voor een gesloten poort staan. Zo verkleinen ook de kansen op een transitie naar een agro-ecologische landbouw.

Velen van hen zien zichzelf – terecht! – niet als laatste gebruik ervan de grond en komen bij De Landgenoten aankloppen om zeker te zijn dat ‘hun’ grond, aan het einde van hun carrière wordt doorgegeven aan de volgende bioboer. De Landgenoten wil grond bewust uit de speculatieve markt halen. We investeren samen, burgers en boer, in landbouwgrond die rijk aan humus doorgegeven kan worden aan de volgende generatie. Klinkt als een taak van de overheid, niet?


Quote De Wassende Maan

De Wassende Maan is een van de boerderijen die er bewust voor kiest een stuk van hun landbouwgrond voor altijd te laten beheren door De Landgenoten. Voor de aankoop van de landbouwgrond zoeken we nog steeds aandeelhouders en schenkers.